Misschien heb je in je jeugd wel steeds moeten horen dat je niet voldeed. Je broer of zus liever, beter, netter was. We worden van jongs af aan gedrild, soms liefdevol, vaak ook niet, om binnen de lijntjes te lopen en ons aan te passen aan de maatschappij. Dat begint al binnen het gezin waarin je opgroeit en de directe familie en vriendenkring daarbuiten. Iedereen vindt overal wel wat van. Op school werd je vervolgens beoordeeld op hoe braaf je kon blijven zitten, hoe goed je de leerstof tot je kon nemen en hoe goed je binnen de normen en waarden van je leraar paste.

Ik had er niet zo’n last van, want ik was een “brave” leerling. Ik weet nu dat dit komt omdat ik als de dood was dat ik straf kreeg, andere kinderen mij zouden uitlachen als ze wisten dat ik iets niet snapte, en ga zo maar door. Eigenlijk was ik een bang en onzeker kind en binnen het gezin erg opstandig. Natuurlijk werd dit niet getolereerd. Ondanks dat ik rebels overkwam, ik leerde dan ook al vroeg aan ieders verwachtingen te voldoen. Het duurde tot mijn 50e eer ik eindelijk voor mezelf durfde te kiezen. Ik was 54 toen ik echt mezelf durfde te zijn.

Abraham Hicks merkte een keer haarscherp op dat mensen die andere mensen een egoïst noemen zelf de egoïst zijn. Tenslotte vragen ze jou om jezelf opzij te zetten om hen te plezieren. Zij zetten zichzelf op één en verwachten dat jij hen ook op één zet. Maar als iedereen zichzelf op één zet, wordt niemand overgeslagen. Dus:

Zet je zelf maar boven aan je prioriteitenlijstje.